top of page
banner-Gaasterlander_Omgeving_okt2018-1.png
  • Foto van schrijverFrievar

Familie Maas neemt deel aan een collectief.

Boerderij nr 31 2011

Ze krijgen altijd biggen van een fokker. Binnen de keten heeft diergezondheid veel aandacht. ‘het scheelt veel werk’

Al voor de transporteur ‘s maandags de klep van de auto opent, weten Pieter en Caroline Maas wat voor biggen ze in de stal krijgen. Ze nemen sinds juli vorig jaar deel aan producentencollectief Frievar. Ze krijgen altijd biggen van één fokker. De genetica staat vast, het voer en er is over en weer volledige openheid over de diergezondheid. Dat laatste, transparantie en diergezondheid zijn twee belangrijke pijlers onder het concept die voor de familie Maas zwaar wegen. Ze streven naar continuïteit. En zeker zo belangrijk: ze willen gezonde dieren. Pieter Maas: ,,Dat gedoe steeds met biggen die alleen met medicijnen willen groeien, heb ik geen zin in. De biggen moeten goed zijn.” Met de diergezondheid zit het wel goed, blijkt uit het kengetal dierdagdosering. Die bedroeg  9,5 in 2010. Deskundigen van Universiteit Utrecht gaan uit van 17 als landelijk gemiddelde bij vleesvarkens.  Koppelbehandelingen voeren de varkenshouders zelden uit en medicatie bij opleg is eveneens taboe. Varkens worden zoveel mogelijk individueel of per hok behandeld. Alleen in de herfst als het griepvirus rondgaat, wordt incidenteel een afdeling  behandeld. De fokker geeft de biggen ook geen extra bescherming mee in de vorm van vaccinaties.


Problemen voorkomen Familie Maas doet, mede op advies van Veterinair Centrum Someren, veel aan ziektepreventie. In een afdeling met pas oplegde biggen zijn hokken met daarin dieren met een blauwe of rode streep, of tomen zonder streep. De streep heeft de fokker er opgezet. Dat maakt het mogelijk dat in de vleesvarkensstal de tomen zoveel mogelijk bij elkaar blijven. Koppels mengen ondermijnt de gezondheid, weten de varkenshouders uit ervaring. Reden om biggen niet te sorteren op gewicht of sexe, maar leeftijdsgenoten juist bij elkaar te houden. Nog een belangrijk preventiepunt is het stalklimaat. Hoewel het in de oudere stallen goed draait, heeft de nieuwste stal uit  2007 geen plafond, maar grondkanaalventilatie. Dat is duurder. In de nieuwe stal ontbreekt zodoende een verlaagd plafond en zit veel volume. Dit draagt bij aan een constant klimaat. Deze, en andere maatregelen zoals het opvangen van de biggen bij een behaaglijke temperatuur van 25 graden Celcius, werpen hun vruchten af. De varkens zien er goed uit. De mest is smeuïg. De dieren maken een vitale indruk, glimmen en zitten kort in het haar. Pieter en Caroline Maas, die heel toegewijd hun varkens verzorgen zijn er zichtbaar trots op. Niettemin hoest ook hier wel eens een varken. Ze schieten niet in de stress en weten blijkbaar waar ze mee bezig zijn.


‘Voerwinst moet hoger’ Door te focussen op continuïteit en diergezondheid is het nodige bereikt. Technisch draait het goed. In de stal is rust. Pieter Maas: ,,Voorheen ontbrak die zekerheid van een constante bigkwaliteit. Ik moest noodgedwongen tegen Circo enten. Ik kan me niet voorstellen dat zoiets zich herhaald. Ik maak minder uren in de stal dan ooit tevoren.” Over de diergezondheid en de regelmaat op het bedrijf zijn beide varkenshouders te spreken. Over de voerwinst is dat nog niet het geval. Caroline Maas: ,,We realiseren een gemiddelde voerwinst. Het doel is om bij de 25 procent beste te zitten.” Het lijkt er volgens de varkenshouders op dat deelname aan Frievar daarbij een bijdrage levert. Ze betalen de NVV-prijs plus € 4,50 toeslag voor een big. Dat is minder dan voorheen. Technisch draait het goed en de varkens scoren in Duitsland 1 indexpunt per kilo geslacht-gewicht. Op zich niks mis mee. Desondanks willen de varkenshouders een beter economisch resultaat. Ze zoeken daarom naar mogelijkheden om de voerconversie te verlagen en meer voor de varkens te beuren. Dat doen ze niet door rücksichtslos van slachterij te veranderen. Niet dat zoiets onmogelijk is, maar ze kijken eerst wat ze zelf in hun eigen stallen kunnen doen. Ze hebben al maatregelen getroffen: in de oudere stallen is de plafondventilatie getest en vernieuwd. Dagelijks wordt de voeropname gemonitoord om uiteindelijk meer groei uit de varkens te halen. Ook zijn er maatregelen getroffen om bevuiling van troggen tegen te gaan. Optimalisatie van de voerwinst heeft dus alle aandacht. Pieter Maas: ,,We pakken steeds nieuwe dingen op. Het gaat echter niet alleen om geld. Werkplezier is ook belangrijk.


(profiel) Naam: Pieter (53) en Caroline (46) Maas Woonplaats: Espel (Fl.). Bedrijf: 24 hectare akkerbouw en 2.800 vleesvarkens (Topigs 20 x Topigs-Piétraïn. De gecorrigeerde resultaten van het afgelopen halfjaar: groei 817 gram, voerconversie 2,46, EW-conversie 2,72. De voerkosten bedragen 63 cent per kilo groei. De uitval is 2,3 procent. De varkens worden in Duitsland Auto-Fom geclassificeerd en scoren 96,5 punten bij een gemiddeld geslacht-gewicht van 96 kilo. De dierdagdosering is 9,5 in 2010. De tomen worden zoveel mogelijk bij elkaar gehouden, borgen en gelten zitten in hetzelfde hok. Aanleiding voor reportage: De familie Maas hecht veel belang aan diergezondheid. Dat moet leiden tot een laag antibioticagebruik en goede resultaten met weinig werk.


Biggen met streep en zware uniforme varkens







36 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven

HANOS: Leverancier in beeld

In het Gaasterland – in het heuvelachtige zuidwesten van Friesland – ligt de oorsprong van het Gaasterlander Kruidenvarken. Op de Hemelumer Hoeve, een varkensboerderij in het dorpje Hemelum, wordt me

bottom of page